Hoeve Dreeshof

De betekenis van 'drees' is ongecultiveerde, woeste grond. De gesloten hoeve, waarvan het achterste gedeelte waarschijnlijk al vóór 1665 bewoond was, bestond tot 1876 uit twee boerderijen. Na een brand in 1859 is het complex in een grotere vorm herbouwd. Sinds 1960 hebben enige aanpassingen plaatsgevonden, die echter de hoofdstructuur ongemoeid hebben gelaten. 

De stoep voor de voordeur van het woonhuis wordt gevormd door een grafzerk met de volgende tekst: 'a la memoire de ... jansen', die naar verluidt uit Margraten afkomstig zijn. De linkerpoort in de voorgevel met de datering 1859 leidt naar de binnenplaats, de rechterpoort vormt de toegang tot de tweebeukige schuur. De achtergevel van de schuur is van mergel en dateert mogelijk uit de 18de eeuw. 

De weilanden van de Dreeshof worden gemarkeerd door rechthoekige hekposten van mergel. De hekposten ten westen van de hoeve dateren vermoedelijk uit de 19de eeuw en de hekposten aan de overzijde van de straat zijn recent gerenoveerd. 

Op het weiland staat een bakhuis, 'ut bakkus'. Het rechthoekige bakhuis met mergelmuren en met een uitgebouwde oven dateert uit 1863. Deze heeft uitzicht over het weiland met de verschillende soorten fruitbomen en vijftal schapen. In het voorjaar en de zomer zijn er ook lammeren. Daarnaast zijn er kippen en katten aanwezig.
 
Naast het bakhuis staat een waterput. Deze heeft een diepte van 27 meter. De wanden van het rechthoekige puthuis bestaan uit een voet van mergelblokken en houten raamwerken, die met latten zijn ingevuld. Het ijzeren ophaalwerk is compleet en gaaf. Waarschijnlijk dateren het puthuis en het ophaalwerk uit de tweede helft van de 19de eeuw.
 
Sinds 1934 woont de familie Schreurs op de hoeve. De hoeve wordt voor agrarische doeleinden gebruikt.